Greetings … in the day of Love … and is my pleasure to explain … to honor American Scientist Walter Russell who was an illuminated one … his concept about Light. I will give that information ‘as is’ for your mind. Professor Walter Russell (or PolyMath) reproduce in several books a great understanding not yet appreciated neither understood. In my modest opinion we need to quantize these concepts … and standardize in ‘Modern Science’. Please watch this picture … Well, Polymath Russell say that ‘Light does not travel … It reproduce itself’. This ‘seems’ very clear … but if the Light does not travel … then what is it speed? ‘The speed of Light’ depends of the frequency and length of these waves. Enjoy the note. Giovanni A. Orlando. PS. Prof. Russell is the only person who join and explain (need some development) dimensions … including the dimension of Love … in a new frame.
|
Categorie archief: Hubble
Light Does Not Travel by Walter Russell
Geplaatst in Einstein, filosofie, Hubble, lightspeed, religie, science, wetenschap
Van die vragen die niemand ooit stelt..
Vooralsnog is er in het universum geen luchtweerstand of wat voor weerstand dan ook. Op onderstaande afbeelding is toch duidelijk te zien dat zich “achter” de komeet van Halley een staart vormt.
Hoe kan zich een staart vormen in een absoluut lege ruimte waarin geen luchtweerstand is? Dit lijkt misschien een domme vraag, maar als een komeet een staart achter zich laat, waarom is er dan geen geluid in de ruimte? De staart achter een komeet zou enkel verklaart kunnen worden doordat er sprake van “lucht” weerstand zou zijn in het lege universum, maar een beetje ruimtereiziger houdt toch liever zijn helmpje op.
Geplaatst in Hubble, lightspeed, ruimte, science, wetenschap
Hoe slim moet je zijn om de “domheid” van de natuurkunde te bewijzen?
Goed, dom vind ik persoonlijk niet de juiste benaming, ik zou het liever wetenschappelijke blindheid willen noemen omdat er als het ware een soort van blinde vlek bestaat in de natuurkunde waarbij het ooglapje hiervan de naam Albert Einstein draagt.
Laat ik nog eens een stukje uit de tweelingparadox aanspreken om deze blinde vlek aan te tonen. Onthou goed, voorstellingsvermogen is belangrijker dan parate kennis over de natuurkunde. We hebben hierbij gewoon het eenvoudige gegeven dat er een aardbewoner is en een ruimtereiziger. De reiziger gaat een flinke reis maken met een zeer hoge* snelheid.
*ik betwist deze hoge snelheid en stel dat hij eigenlijk zeer traag gaat.
De reiziger vertrekt op een goede dag met zeer hoge snelheid vanaf de aarde. Hij gaat nagenoeg met de lichtsnelheid terwijl de aardbewoner rustig op zijn terugkeer wacht.
Bij terugkomst constateren ze het volgende, de aardbewoner heeft een jaar op de reiziger gewacht, maar de reiziger is volgens zijn eigen klok slechts een uurtje weg geweest.
Nu introduceren we een 3e waarnemer, die zit niet op aarde of in het ruimteschip, nee… deze zit vanaf grote hoogte naar de aardbewoner en de reiziger te kijken waarbij de afstand tussen de aardbewoner en de reiziger altijd gelijk blijft. U kunt zich dit op deze wijze voorstellen:
De afstand tussen Ac en Bc blijft ten alle tijden gelijk. En vanuit C gezien ziet men zowel de klok van A en B.
Volgens de huidige inzichten kijkt C op de klok van A en ziet daar een klokje een jaar wegtikken. Als hij op de klok van B kijkt ziet hij dat deze klok veel trager loopt. Tenslotte is er bij B slechts een minuut verstreken zodra hij terugkomt bij A.
C is een erg neutraal persoon, Hij kan niet bepalen ofdat B vertrok vanaf A of dat A vertrok vanaf B. Wat hij wel ziet is dat de klok van A veel sneller gaat dan die van B.
Hoe moeilijk is het nu om te bepalen wie er daadwerkelijk sneller ging?
Geplaatst in Algemeen, Einstein, filosofie, Hubble, lightspeed, ruimte, science, wetenschap
De tweelingparadox en de vergeten vragen aan Einstein..
“Everything should be made as simple as possible, but not simpler.”
Eigenlijk zou er een waarschuwing bij bij mijn blog moeten worden bijgesloten.
“Let op, stel een natuurkundige geen vragen die zijn gelijk niet kunnen bevestigen. Zodra het antwoord van een vraag niet een bevestiging is van zijn eigen gelijk is het een domme vraag. Enkel vragen waarop het antwoord al gegeven is zijn intelligente vragen. En het bewijs daarvan kunt u terugvinden in alle boeken die daar tot op heden over geschreven zijn. Nieuwe vragen die de natuurkunde op mogelijke fouten kan wijzen dienen genegeerd te worden.”
Goed, nadat u deze waarschuwing heeft gelezen zal ik trachten om u op een zo eenvoudig mogelijke wijze als mogelijk een situatie voor te leggen die in feite het ongelijk van Albert Einstein bewijst. Zonder in ingewikkelde details te treden kunnen we gewoon een situatie schetsen die zich voor zou kunnen doen middels de consequenties van de relativiteitstheorie.
1) Geen enkele massa kan sneller dan 300.000km/s. ( dat is dus tot op heden de lichtsnelheid afgerond naar boven)
Het is erg belangrijk dat u punt 1 goed in u opneemt.
Nu kan er volgens de RT de volgende situatie voordoen. Op een bepaald tijdstip (T1) staan een aardbewoner (A)en een reiziger (B) naast elkaar en staan hun klokjes exact gelijk. De reiziger besluit om een reis te gaan maken met zijn nieuwe ruimteschip en vertrekt. Na enige tijd keert hij terug naar aarde en staat op T2 weer naast de aardbewoner.
Nu constateren ze het volgende. De aardbewoner is t.o.v. T1 3600 seconde ouder geworden terwijl de reiziger volgens zijn eigen klok slechts 60 seconde is weggeweest. Er is dus een tijdsverschil ontstaan exact zoals de RT voorspelt. Goed, de reiziger moest dan wel met 0.9999c gaan, maar dat is theoretisch gezien mogelijk.
Gedurende de reis was de lichtsnelheid voor de reiziger 300.000km/s. Ook voor de aardbewoner was dit het geval. Ongeacht je eigen snelheid meet je immers altijd exact dezelfde snelheid voor licht.
Aangezien de reiziger niet sneller dan licht kan gaan is de maximale afstand die hij in zijn eigen 60 seconde zou kunnen afleggen minder dan 60sec x 300.000km. De reiziger kan dus maximaal 18.000.000km afleggen.
De aardbewoner dacht natuurlijk zelf stil te staan, maar vergeet niet dat de aarde continu in beweging is. de vraag is nu eigenlijk de volgende:
Hoe kan het dat de aardbewoner gedurende 3600 seconde trager gaat dan de reiziger en daarbij maximaal toch meer km kan afleggen dan de reiziger? Indien de aardbewoner in 3600 seconde met slechts 5000km/s zou bewegen, of neem hiervoor een deeltje in een deeltjesversneller, dan is het toch duidelijk dat dit deeltje meer km kan afleggen door trager te gaan dan de reiziger?
De vraag eigenlijk de volgende, dat is de kern van de vraag…
Ging de reiziger nu sneller of onbewust misschien trager dan de aarde?
Nu wil ik niet teveel vooruitlopen, maar stel nu eens dat de reiziger met 100%c had kunnen reizen. Hij zou dan zonder ook maar 1 seconde te kunnen tellen vertrekken en aankomen op aarde. De aardbewoners zouden dan op e.a. manier een eeuwigheid op hem moeten wachten. Zou alles en iedereen op aarde t.o.v. de reiziger dan niet oneindig veel sneller gaan? Tenslotte zou de reiziger ons in minder dan een seconde zien vereeuwigen terwijl hij zelf niet eens de tijd had gehad om naar de wc te gaan.
Geplaatst in Einstein, filosofie, Hubble, lightspeed, ruimte, science, wetenschap
Tijd meten d.m.v. van de lichtsnelheid, Lentecontractie werkt immers enkel in de bewegingsrichting van een massa.
Op dezelfde wijze waarop de wijzers van een klok met een constante snelheid hun rondjes draaien, zo kunnen we in principe iedere constante snelheid gebruiken om tijd te meten. Nu stel ik voor om een foton ( A ) als het ware af te vuren in de axiale bewegingsrichting van de aarde, dat is vanaf het Zuiden gezien richting het Noorden, waarna deze foton voor iedere seconde die we meten telkens 300.0000km verder is.
Indien we nu een ruimtereiziger met een bepaalde snelheid een reis laten maken ( met een knipoog naar de tweelingparadox) waarna deze terugkeert nar de aarde in de radiale richtring van de aarde dan zou er een tijdsverschil ontstaan tussen de aardbewoners en de reiziger.
Gedurende de reis van de ruimtereiziger zal deze ook continue een lichtsnelheid meten van 300.000km/s in de axiale bewegingsrichting van de raket. A als B beginnen op hetzelfde tijdstip vanaf dezelfde plaatst de afgelegde weg van een foton te meten in de axiale richting van de aarde. Ook tijdens de reis blijft de reiziger deze beweging volgen. Beide volgen als het ware dezelfde foton vanaf het begin tot aan het eind van de reis. De aardbewoners noemen we A en de reiziger nomen we B.Bij vertrek stonden de klokken van A en B gelijk. Bij terugkomst blijkt dat de aardbewoners 3600 seconde ouder zijn geworden en dat B slechts 60 seconde ouder is geworden, hij ging dan ook erg hard.
Bij terugkomst vergelijken ze elkaar klokken weer, er is overduidelijk een tijdsverschil.
Het foton wat ze vanaf het begin van de reis zijn gaan volgen is nu dus slechts 60 x 300.000km verwijderd vanaf de reiziger maar 3600 x 300.000km verwijderd vanaf de aardbewoners.
Hoe kan het dat het foton in axiale richting minder ver van de reiziger is verwijderd dan dat het verwijderd is van de aardbewoners?
Geplaatst in Einstein, filosofie, Hubble, lightspeed, religie, ruimte, science, wetenschap
Het wil er niet echt in bij de wetenschap dat fotonen geen snelheid hebben..
Het blijkt bij natuurkundigen niet te zijn opgevallen dat er iets vreemds aan de hand is met tijdverloop en snelheid. En het is eigenlijk vrij eenvoudig, wel komt voorstellingsvermogen op de eerste plaats en zou u kennis even terzijde kunnen zetten. Ook Einstein hamerde hierop maar bij de huidige generatie natuurkundigen blijkt dat niet te zijn doorgedrongen.
Indien we in staat zouden zijn om sneller dan een foton van A naar B te reizen, dan zouden we terug kunnen kijken in de tijd en ons eigen vertrek kunnen waarnemen. Op zich is dat niet zo vreemd, we kijken nu tenslotte ook al terug in de tijd. Een foton die nu vertrekt vanaf de Zon richting aarde zal ons over zo’n 8 minuten bereiken. Alles wat we nu zien is als het ware geschiedenis.
Ook als een reiziger vertrekt vanaf de Zon richting de aarde, dan is hij al 8 minuten onderweg op het moment dat we hem zien vertrekken. Dat is wel grappig, hij is dan eigenlijk al 8 minuten onderweg en dus al iets dichterbij ons dan dat we kunnen zien. Na iets minder dan 8 minuten ,nadat we hem hebben zien vertrekken, zien we hem op de plaats waar hij was toen wij hem zagen vertrekken. En voor iedere meter die hij dichterbij komt neemt het tijdsverschil waarmee we hem waarnemen een klein beetje af. Na enige tijd zal hij op zo’n 300.000km afstand van ons zijn, en zien we hem met slechts een tijdsverschil van 1 seconde. Dit tijdsverschil wordt steeds kleiner waarna hij op een gegeven moment in nagenoeg hetzelfde tijdsframe zit als ons.
Het tijdsverschil waarmee we de dingen waarnemen neemt af naar mate onze afstand tussen een massa kleiner wordt. Het tijdsverschil wordt groter zodra de afstand toeneemt.
Als men zich hier iets meer bewust van wordt dan wordt het een stukje eenvoudiger om tijd letterlijk als een dimensie te kunnen zien. Afstanden zijn als het ware tijdsverschillen.
Het universum is net zo groot als dat het oud is..
Des te dieper we middels telescopen het universum in kijken, des te verder kijken we terug in de tijd. Als de leeftijd van het universum geschat wordt op zo’n 13.4 miljard jaar, dan zouden we op 13.4 miljard lichtjaar de oorsprong van het universum kunnen zien. Op die afstand zouden we immers 13.4 miljard lichtjaar terug in de tijd kijken en daar dus ook de oorsprong van het universum zien.
Zouden we over 1 miljard jaar nog eens naar de oorsprong van het universum willen kijken, dan zouden we logischerwijs 14.4 miljard lichtjaar “ver” moeten kijken om de oorsprong van het universum te zien.
Dan is het toch vreemd dat men er nooit bij stil lijkt te staan dat wij ons op het uiterste puntje van een tijds-pijl bevinden en dat het heden eigenlijk met dezelfde “snelheid” toeneemt als de snelheid waarmee het verleden ons verlaat.
Het is een vrij eenvoudige manier van leren kijken of noem het beseffen dat het heden, en dat is voor ieder individu op een iets andere plaats en tijd, de werkelijke grens van het universum is die iedere seconde met een gelijkmatige hoeveelheid tijd en ruimte toeneemt. Wat wij nu nog zien als de snelheid van licht is in feite onze eigen snelheid door de ruimte-tijd. Wat wij zien als zichtbaar licht zijn slechts sporen van gebeurtenissen die al hebben plaatsgevonden. Alles wat we zien is al gebeurd waardoor we eigenlijk continu in het verleden kijken. En des te verder je kijkt, des te langer geleden het gene wat je ziet gebeurd is. Vandaar dan oom dat je op 13.4 miljard lichtjaar de oorsprong van het universum zou zien en dat je op 300.000km afstand iets ziet wat een seconde geleden plaatsvond.
Het lijkt misschien een egoïstische gedachte, maar het is eigenlijk een zeer bescheiden manier van kijken. Daar waar u zelf bent, daar is uw eigen persoonlijke moment in de ruimte en tijd. Uw eigen besef en aanwezigheid in het heden dát is waar u de ware grens van het universum kunt ontdekken. De realiteit is slechts een spiegel van uw eigen ik, en het kost enige moeite om door uw eigen spiegelbeeld heen te kijken…
Geplaatst in Algemeen, Einstein, filosofie, Hubble, lightspeed, religie, science, wetenschap
Tijd is niets anders dan het ritme waarin alles beweegt..
En het feit dat klokken minder tijd meten zodra ze de lichtsnelheid naderen wil niets meer of minder zeggen dat alles vertraagt bij het naderen van de lichtsnelheid.
De absolute lichtsnelheid is het punt waarop tijd en beweging ophouden te bestaan. De lichtsnelheid is geen snelheid, het is het absolute nulpunt van tijd en beweging. Het vraagt enkel een ander besef van de werkelijkheid om in te zien dat licht niets anders is dan een spoor van verleden gebeurtenissen die achter blijven in de ruimtetijd van het verleden. Alles wat je nu ziet is al gebeurd. De werkelijkheid die we beleven bestaat in feite uit het verleden.
En in uw eigen heden bent u altijd op de plaats en het tijdstip waar vandaan het universum zich voortzet. Het eigen heden is de grens van het universum. Fotonen laten slechts een spoor van het verleden zien zonder zelf te bewegen,
De eenvoudige logica achter de Hubble constante die men niet ziet..
Alle sterrenstelsels verwijderen zich t.o.v. elkaar met een steeds grotere snelheid. Er zit echter wel een “maar’ bij deze versnelling want de snelheid t.o.v. de sterrenstelsels neemt voor allemaal met een gelijke versnelling toe in combinatie met afstand. Deze versnelling drukt men uit in km/s/Mpc. Dat klinkt misschien een beetje ingewikkeld maar dat is het absoluut niet! Dit principe gaat namelijk ook op voor druppels water die naar beneden lekken vanaf ieder willekeurig dak en ik zal dat even toelichten.
Stel dat we een emmer water plaatsen op een bepaalde hoogte, laten we voor het gemak een gebouw nemen met een hoogte van nagenoeg een kilometer, da’s flink maar het maakt het allemaal iets eenvoudiger om je de Hubble constante voor te kunnen stellen. Vanuit die emmer water druppelt er na iedere seconde een druppel water naar beneden, deze druppel ondergaat dan een versnelling van zo’n 10m/s2.
Na nog een seconde valt er weer een druppel uit de emmer, ook deze ondergaat nu een versnelling van 10m/s2 en zodoende valt er gedurende enige tijd iedere seconde een druppel water naar beneden die allemaal een versnelling ondergaan van 10m/s2.
Het snelheidsverschil tussen de druppels onderling, die allemaal met een versnelling van 10m/s2 naar benden vallen, wordt echter wel steeds groter naar mate de tijd vordert. De druppels ondergaan allemaal dezelfde versnelling maar hun onderlinge afstand blijft toenemen zolang ze vallen en versnellen. Indien je deze druppels nu zou vergelijken met sterrenstelsels die allemaal steeds verder van elkaar verwijderd raken maar toch een gemeenschappelijke versnelling hebben die voor allen gelijk is per meter die ze afleggen tijdens het vallen dan krijg je een idee wat de Hubble constante is. Alle stelsels versnellen met exact dezelfde versnelling, maar omdat ze niet gelijktijdig ontstonden neemt hun onderlinge afstand steeds een beetje toe.
De waterdruppels versnellen allemaal met 10m/s2 maar hun onderlinge afstand neemt per seconde ook een beetje toe. Met een klein beetje voorstellingsvermogen kun je de Hubble constante dus gewoon terugvinden in onze directe omgeving. De druppels die van een dak naar beneden vallen doen precies hetzelfde als sterrenstelsels onderling. Ze ondergaan allemaal dezelfde versnelling en raken steeds verder uit elkaar. Tja, de werkelijkheid is simpel, maar niet té eenvoudig..:)
Geplaatst in Einstein, filosofie, Hubble, lightspeed, ruimte, science, wetenschap